Het water klotst, in de verte krijst een meeuw en kajaks glijden in het glinsterende zonlicht geruisloos door het water. We zijn op het voormalige eiland Refshaleøen in Kopenhagen. In het westen ligt de historische stad, met vestingwerk Kastellet, de promenade en het beeld van de kleine zeemeermin. In het zuiden zie je de batterij Batteriet Sixtus, waar bij zonsopkomst en -ondergang een saluut wordt gegeven. In het oosten en noorden kijk je op het dynamische Refshaleøen. Hier vind je innovatieve architectuur, zoals de afvalverbrandingscentrale Amagerforbrænding van BIG met een skihelling op het dak, en Urban Rigger, ook een BIG-project, waarbij Maersk-containers zijn omgebouwd tot studentenwoningen. Ook staat hier het oude werfgebouw dat door architect Dorte Mandrup is verbouwd tot het vernieuwende restaurant Amass.
Refshaleøen telt verder veel cafés, bakkerijen, brouwerijen en barretjes, die zijn gehuisvest in keten en oude industriegebouwen. Vanaf deze woonboot, Bobo, heb je zo een panoramabeeld van het verleden, het heden en de toekomst van Kopenhagen. Dit is de plek waar Dorthe Weinkouff Barsøe, vicevoorzitter van het Danish Architecture Center (DAC), zich heeft gevestigd.
‘Je verwacht niet dat er zo veel wensen tegelijk in vervulling kunnen gaan. We zitten hier superdicht bij de stad. Het is een geweldige omgeving: stedelijk en landelijk tegelijk, met krijsende meeuwen en de wind in je haren. Ik merk dat ik me prettig voel op een plek die ietwat onvoorspelbaar is,’ zegt Dorthe lachend.
Het begon allemaal toen Dorthe en haar man Lars een kleine woonboot aan een gracht in Kopenhagen hadden bekeken. Ze overwogen die te kopen voor hun dochter Helene, die op zichzelf zou gaan wonen. Om een aantal redenen ging de koop niet door. Maar toen Helene haar ouders een tijdje later een advertentie stuurde van de woonboot Bobo, met de vraag of ze daar niet met z’n drieën konden gaan wonen, besloot het gezin zijn functionalistische villa in Lyngby op te geven en een nieuw avontuur te water aan te gaan.
‘We zijn van plan om hier nog jaren te blijven wonen. We hebben met z’n drieën zo veel gezamenlijke interesses en hebben het zo gezellig samen. De inrichting
van de boot hebben we samen gedaan, en we houden alle drie erg van koken. Brood halen we bij een bakkertje om de hoek en verse groente bij de foodhal ernaast als die toevallig open is. En de omgeving nodigt enorm uit om te fietsen of de watertaxi te nemen,’ vertelt Dorthe.
Het gezin houdt sowieso erg van gezelligheid, en de deur staat dan ook altijd open. Zowel voor jongeren die op een vlot voorbijdobberen en even naar de wc willen en vrienden die spontaan komen eten als voor buren die even aanwippen. Het sociale aspect hoort een beetje bij het leven op een woonboot.
‘De bewoner van die boot daar woont hier al 28 jaar. Hij kwam laatst langs en zei: ‘Ik kom jullie trossen eens bekijken.’ En toen de buren aan de andere kant een raam wilden vervangen en de hele boot moest worden omgedraaid, hielpen alle buren mee. Je maakt ook gemakkelijk een praatje met mensen die je op het grasveld hierachter tegenkomt. Of we stoken bijvoorbeeld samen een vuurtje. Het is echt een fijne omgeving,’ legt Dorthe uit.
Dat prettige gevoel heeft er volgens haar ook mee te maken dat Refshaleøen de perfecte combinatie van stad en natuur is. Dorthe en haar gezin hebben gekozen voor iets wat veel van haar vakgenoten zien als dé woonvorm van de toekomst. En haar manier van leven resoneert in haar werk bij het DAC, waar ze het belang van architectuur onder de aandacht van burgers probeert te brengen.
‘De stad en de architectuur vormen de kern van ons werk bij het DAC. En het feit dat ik op een van de nieuwste, meest stedelijke plekken van Denemarken ben gaan wonen, heeft zonder twijfel invloed op mijn werk. Ik zie bepaalde tendensen, en er wonen hier heel veel visionaire mensen die me inspireren. Architectuur is zo veel breder dan veel mensen zich realiseren. Je denkt bij een architect misschien aan zo’n in het zwart geklede man met een hippe bril, die bij een architectenbureau gebouwen zit te tekenen en met namen van beroemde vakgenoten strooit. En dat hoort er vast ook wel bij, maar het is zo veel meer dan dat. Architectuur is naast de gebouwen ook de hele infrastructuur waarmee we onze samenleving inrichten, en dat is alles wat tussen de huizen in zit.’