
Een ode aan de modernistische architectuur van de jaren 1950
In een villawijk ten noorden van Kopenhagen staat dit nieuwbouwhuis, een uitgewerkt eerbetoon aan de modernistische architectuur van de jaren 1950.
Door
Het font van het huisnummer is ontworpen door jarenvijftigarchitect Richard Neutra. Hij gebruikte het zelf ook voor de huizen die hij ontwierp.
In een villawijk ten noorden van Kopenhagen wonen Camilla en Kasper met hun drie kinderen. Hun nieuwbouwhuis lijkt zo uit de jaren 1950 te komen, en dat is geen toeval. Ze interesseren zich al jaren voor architectuur uit deze tijd – een fascinatie die begon met een televisieserie over grote mid-century modern architecten als Charles en Ray Eames, Frank Lloyd Wright en niet in de laatste plaats John Lautner.

In de woonkamer komt de fascinatie van de bewoners met de jaren 1950 duidelijk tot uiting. De Bubble Lamp aan het plafond, een ontwerp van George Nelson, ademt California midcentury modern. De stoelen zijn de CH25 van Hans Wegner, die in 1950 in productie genomen werd, de tafel is Noguchi’s Coffee Table uit 1947. De bank is gemaakt door een meubelmaker naar een ontwerp van de architect van het huis, de bekleding is Re-wool van Kvadrat. De foto’s aan de wand zijn van Hannah Heilmann, docent aan de kunstacademie in Kopenhagen.

Camilla in haar nieuwe huis. Vanuit de zithoek loop je zo de tuin in, en daar is ze graag.

Het licht was een van de eerste dingen waar Camilla en Kasper voor vielen toen ze bij architect Erik Christian Sørensen thuis kwamen. Dat wilden zij ook. Daarom zijn er grote raampartijen aan de tuinkant en bovenlichten, die veel licht naar binnen laten. Het plafond is van pitch pine, dat een warme uitstraling heeft en de akoestiek bevordert. In de grote woonkeuken fungeren een geïntegreerde kast en bank als ruimtescheider.
Toen Camilla en Kasper het perceel vonden waarop ze wilden bouwen, verdiepten ze zich ook in de Deense jarenvijftigarchitectuur, om inspiratie op te doen voor hun nieuwe woning. Ze lazen het boek Landmarks van Michael Sheridan, over Deense eengezinswoningen in de jaren 1950, en Eget hus (Eigen huis) van Christoffer Harlang en Finn Monies, over de huizen van Deense architecten zelf. Tijdens hun research stuitten ze op het huis van de Deense architect Erik Christian Sørensen, waar ze op bezoek mochten komen.
‘Het was zo’n zintuiglijke ervaring! Het licht bracht leven in het huis, en de woning had een transparantie die ons aantrok. We waren heel enthousiast over het mooie houtwerk, vooral in de entree. En het basisidee sprak ons aan: dat je een huis bouwt dat het decor vormt voor een prettig leven in plaats van een huis om mee te pronken. Dat namen we mee in ons eigen huis, dat aan de straatkant heel gesloten is en juist open aan de tuinkant,’ vertelt Camilla.

Qua architectuur vonden Camilla en Kasper het belangrijk de grens tussen binnen en buiten op te heffen. Dat zie je onder andere op het terras, waar binnen en buiten lijken te versmelten. De tuin is aangelegd volgens een ontwerp van Mette Rønne van het Haveselskabet. Waar de voortuin wat meer Japans geïnspireerd is, is de achtertuin speelser, met veel planten die insecten aantrekken. In de zomer wemelt het er dan ook van de bijen, vlinders en vogels.

Het organische aspect komt naar voren in de vloer van gepolijst beton. Samen met de architect zocht het stel lang naar de juiste kleur en menging, die niet perfect mocht zijn, zoals de natuur ook niet perfect is. Zodoende vormt het nog een element dat de grens tussen binnen en buiten doet vervagen.

De keukenfronten zijn van &Shufl en de laden zijn op maat gemaakt in Duitsland. De lamp boven het eiland is van het Deense bedrijf Anour in de kleur Blue Steel. De barkrukken zijn van Frama. Ze hebben leren zittingen, wat een zacht contrast vormt met het koude staal van het werkblad.
Omdat het huis van Erik Christian Sørensen het stel zo aansprak, zochten ze contact met een leerling van hem, de bekende Deense architect Lene Tranberg. Zij raadde hun haar collega Peter Kjær aan, die net voor zichzelf was begonnen. Camilla en Kasper ontdekten dat ze met deze architect helemaal goed zaten. Hij maakte 90 pagina’s aan tekeningen en hield gedurende het hele proces nauw contact met de aannemer.
‘Dat het huis zo mooi is uitgewerkt, is te danken aan de aandacht die Peter schonk aan de details. Vaak komen architecten met een stijl en met een paar kant-en-klare oplossingen. Dat doen ze om het betaalbaar te houden. Je moet er daarom wel rekening mee houden dat het iets kost om het zo te krijgen als je het hebben wilt, maar dat geld is goed besteed. Het gaf ons veel vertrouwen om samen te werken met een architect die tijdens het hele proces de verbinding vormde tussen ons en de bouwvakkers,’ legt Camilla uit.

Het is een architectonisch trucje: een gang waarin alles compact aanvoelt, gevolgd door een grote open ruimte. Daar reageren mensen altijd positief op. De gangkasten van &Shufl zijn gemaakt van linoleum in de kleur Olive.

De lichtinval werkt samen met de geometrische vormen van het huis en heeft grote invloed op het gemoed en welbevinden van het gezin.

Planten dragen bij aan de stijl van het huis.

Binnen en buiten lopen in elkaar over, doordat de schuifpui in de eetkamer geheel kan worden geopend. Het effect wordt nog versterkt doordat de eetplekken binnen en op het terras elkaar haast spiegelen. Boven de eettafel hangen lampen van George Nelson. Bij de tafel, die is gemaakt door Risskov Møbelsnedkeri, staan klassieke Y-stoelen van Hans Wegner.
Naast de details in de constructie van het huis heeft het stel ook veel aandacht besteed aan de kleuren op de wanden. Geïnspireerd door het kleurenpalet van Le Corbusier gingen ze be- seffen wat kleuren voor een ruimte kunnen betekenen en besloten ze kleur een centrale rol te geven in het interieur van hun nieuwe huis. Volgens Le Corbusier zijn kleuren net zo’n belangrijk basiselement voor de architectuur als de plattegrond. Dat devies namen Camilla en Kasper ter harte, en kleur is dan ook een geïntegreerd en belangrijk deel van het geheel geworden.
‘Het is spannend om op alle oppervlakken variatie aan te brengen met kleuren en materialen, en dan te kijken hoe het daglicht de kleuren beïnvloedt. Op een bepaalde manier lijken de kleuren in dit huis minder krachtig, omdat we helemaal geen wit hebben gebruikt. De gekozen tinten berusten op het zwart en het lichtgroen die de basiskleuren vormen in de gang, keuken, woonkamer en eetkamer. Ik had nooit gedacht dat ik oranje in de keuken zou kunnen hebben. Maar nu, twee jaar later, ben ik er nog gelukkiger mee dan eerst,’ vertelt Camilla.

In de werkkamer staan een Eames kantoorstoel en een bureau van Hay. De lamp aan het plafond is de Yamagiwa Mayuhana II Pendel. Hij past bij het huis door de Japanse verwijzing, die ook bij het California mid-century modern hoorde. Ook de bamboe rolgordijnen zijn Japans geïnspireerd.

De slaapkamer heeft dezelfde combinatie van kleuren en materialen als de rest van het huis, om de eenheid te versterken.
De kleuren en materialen die een geïntegreerd deel zijn van de architectuur, de modulaire constructie waardoor de indeling makkelijk kan worden veranderd als de kinderen het huis uit gaan en de diverse inbouwmeubels laten duidelijk te zien dat het huis als één geheel is gedacht – net zoals in de tijd van mid-century modern. Het huis vormt een verfijnd eerbetoon aan een benadering van architectuur en design die nog altijd zeer actueel is.

Op de badkamervloer liggen Mews-tegels van Mutina, ontworpen door Barber & Osgerby. Ze hebben de kleur Ink, die goed past bij het wastafelmeubel in de kleur Olive. Aan de muur hangt de lamp Estiluz Smile, die net als de kraan van Tapwell van koper is.